Au! Soms doen uitspraken pijn. Uitstekend! Uitstekend? Ja, want hierdoor blijf je hangen aan een tekst. En die aanmoediging heb je nodig wanneer je wilt dat iemand jouw tekst überhaupt gaat lezen.
“Ik doe mijn spreekbeurt over …”
De woorden die je kiest voor je tekst zijn net zo belangrijk als de inhoud zelf. We kennen allemaal wel de openingszin van achtjarigen wanneer ze over hun huisdier gaan vertellen: “Ik doe mijn spreekbeurt over …”
Maar ook volwassenen neigen soms naar deze manier van inleiden. “Deze tekst gaat over…” “In dit artikel beschrijf ik …” Inhoudelijk gezien klopt dat allemaal wel. Maar het motiveert een lezer niet echt om verder te lezen …
Prikkeldraad spannen
Daarom heb je prikkeldraad nodig. Je wilt je lezer prikkelen, nieuwsgierig maken. Pas als je lezer geprikkeld raakt en blijft hangen, gaat hij de tekst ook echt lezen. Span daarom ook prikkeldraad in jouw eigen tekst. Dat kan op verschillende plekken.
Met de kop
Het begint al bij de kop. Laat de lezer verwonderd of verward zijn over een uitspraak. Of laat hem schrikken van een provocerende opmerking. Met andere woorden: pak echt even de aandacht.
Een tekst over zinslengte kun je De goede zinslengte noemen. Maar dat prikkelt nauwelijks. Door een link te leggen met Pinkeltje, trek je de aandacht van je lezer wél.
Met tussenkopjes
Hetzelfde geldt voor de tussenkopjes, maar dan op alineaniveau. Je kunt je kopjes ‘stap 1’, ‘stap 2’ en ‘conclusie’ noemen. Maar erg aantrekkelijk is dat niet. Geef je alinea’s daarom ook prikkelende kopjes.
Het tussenkopje “Ik doe mijn spreekbeurt over …” hierboven had bijvoorbeeld vervangen kunnen worden door Een saaie inleiding. Welke spreekt meer tot de verbeelding?
Met een prikkelende inleiding
Je inleiding is even belangrijk als de kop. Na het lezen van je kop en inleiding samen beslist de lezer namelijk of hij je tekst wel of niet leest. Met je kop heb je de lezer al te pakken. Nu gaat het erom dat je de lezer inpakt en enthousiast maakt voor je verhaal. Om dat goed te kunnen doen, bestaat je introductie uit vier onderdelen:
- De inleiding van het onderwerp: waarover gaat de tekst?
- De aanleiding: waarom schrijf je hierover?
- De centrale vraag: waarop geeft je tekst antwoord?
- Eventueel een leeswijzer: hoe is de tekst opgebouwd?
Maar daarmee ben je er nog niet. Je inleiding moet ook prikkelend zijn. Beschrijf in je inleiding dus iets wat mensen op doet kijken.
Stel: je schrijft een artikel over regellengte. Misschien niet het meest prikkelende onderwerp. Maar sport spreekt veel mensen juist wél aan. Span daarom wat prikkeldraad door een link te leggen tussen regellengte en pingpongen. Mijn collega Jaap paste dat trucje onlangs nog toe. Kijk maar!
Met streamers en bijschriften
Daarnaast kun je streamers en bijschriften gebruiken om je lezer nieuwsgierig te maken naar de rest van de tekst. Zorg dat deze regels de lezer prikkelen. Een bijzonder bijschrift? Of een opvallend citaat? Gebruik ze!

Zeg nou zelf: welke tekst ga jij eerst lezen?
Met lijstjes
Tot slot kunnen lijstjes of opsommingen ook een goede manier zijn om de aandacht te vangen. Ze springen namelijk meteen in het oog. Als lezer vraag je je direct af waar het lijstje over gaat en welke informatie erin staat.
En tot slot: hou je tekst, en dus ook je prikkeldraad, scanbaar! Je wilt je lezer aanmoedigen de tekst te lezen, niet ontmoedigen.
Reageren